al-Buwayti de Imaam Ahmad van de Shafi’ies | opdat wij hem nooit vergeten

in Aqidah - Geloofsleer/Biografie/Geschiedenis/Mihna/Inquisitie door
Leestijd: 2 minuten

Het grootste slachtoffer van de Inquisitie in Egypte was de groot geleerde en een van de belangrijkste studenten van al-Imam al-Shāfiʿī, Abū Yaʿqūb al-Buwayṭī. Al-Buwayṭī was een van de geleerden die standvastig bleef weigeren om te zeggen dat de Qurʾān is geschapen. Al-Dhahabī levert over dat hij op een dag voor de gouverneur moest verschijnen….

In een vorig artikel heb ik reeds de aanvang van de Mihnah besproken.

De Miḥnah (Inquisitie) van Khalq al-Qurʾān en de effecten ervan in Egypte met Ḥanafī ondersteuning

Gezien het feit dat de Mālikī madhhab de dominante wetschool was in Egypte welke gedragen werd door de inheemse elite, koos Ibn Layth ervoor om hen uit te zonderen voor een extra harde behandeling. Hij koos Mālikī geleerden uit voor publieke vernedering. Grote Mālikī geleerden zoals Muḥammed b. al-Ḥakam en Fityān b. Abī Samḥ werden gestript tot hun onderbroek en werden in de centrale moskee geslagen met de zweep. Ibn Abī Layth verbood de Mālikī’s en de Shāfiʿī’s om les te geven in de centrale moskee. Er werden complete families van Mālikī geleerden beschuldigd van het verduisteren van overheidsgelden, familie leden werden gemarteld om informatie te verkrijgen over de familierijkdommen en waar deze bewaard bleven. Zoals de Banū ʿAbd al-Ḥakam die beboet werden met een boete van 1.404.000 dinar.

De Inquisitie, onder leiding van de Hanafi Shaykh Abi Layth, leidde ertoe dat de Mālikī elite voor altijd gebroken waren in Egypte en zij hebben zich hierna nooit hersteld naar voormalige prominentie. Dit zorgde ervoor dat de Mālikī geleerden uitweken naar Qayrawān  (Tunesie) waar de Mālikī madhhab de dominante wetschool werd.

Dezelfde behandeling werd ondergaan door de Shāfiʿī’s, die soortgelijke zaken meemaakten. De student van al-Imām al-Shāfiʿī, Yūnus b. ʿAbd al-Aʿlā, werd beschuldigd van het verduisteren van de bezittingen van wezen en hij werd opgesloten in de gevangenis. Een andere Shāfiʿī geleerde, Hārūn b. Saʿīd al-Aylī, werd door Ibn Abī Layth’s assistent door de centrale moskee gesleurd en door de straten van Egypte waarbij hij verplicht de leuze moest herhalen “De Qurʾān is geschapen”[1].

Maar het grootste slachtoffer van de Inquisitie in Egypte was de groot geleerde en een van de belangrijkste studenten van al-Imam al-Shāfiʿī, Abū Yaʿqūb al-Buwayṭī.

Al-Buwayṭī was een van de geleerden die standvastig bleef weigeren om te zeggen dat de Qurʾān is geschapen. Al-Dhahabī levert over dat hij op een dag voor de gouverneur moest verschijnen, waar hij werd verzocht om te bevestigen dat de Qurʾān is geschapen. De gouverneur was al-Buwayṭī goed gezind en hij probeerde hem te overtuigen om die woorden gewoon uit te spreken ook al geloofde hij er niet in. Waarop al-Buwayṭī aangaf dat, als hij dit zou doen ook al is het niet gemeend, dat dit ervoor zou zorgen dat duizenden hem zouden volgen hierin zonder dat zij zouden weten dat de uitspraak niet echt gemeend was.

Als gevolg van het blijvend weigeren werd al-Buwayṭī uiteindelijk gearresteerd en gestuurd naar Baghdād voor ondervraging. De grote geleerde al-Rabīʿ (ook een grote student van al-Imam al-Shāfiʿī) beschreef hoe dit eraan toe ging:

Ik zag hem rijdend op een ezel, met een ijzeren halsband om zijn nek, zijn benen waren geketend, en tussen de ketenen en de halsband hing er een ijzeren ketting waar een zware steen aan hing van 40 ratl (18/19 kilo). Hij schreeuwde, “Allāh heeft de schepping geschapen door te zeggen ‘Wees’; als dit geschapen zou zijn, dan zou de schepping geschapen worden door de schepping.”[2]    

Al-Buwayṭī stierf in Baghdād in gevangenschap in 231/846. Drie jaar laten werd de Inquisitie beëindigd toen al-Mutawakkil Kalief werd.


[1] al-Kindi, Kitāb al-Umarā, 451,452

[2] Al-Dhahabi, Siyar Aʿlām l-Nubalāʾ, 12:61.

 

Geef een reactie

Your email address will not be published.

*