De gelijkheid in afkomst is geen sharṭ (vereiste), en dit is de Madhhab van de Mālikiyyah, en het is het standpunt van al-Karkhī van de Ḥanafiyyah, en het standpunt van een groep van de Selef (de Voorgangers), en de Ikhtiyār (overwogen keuze) van Ibn Taymiyyah, Ibn al-Qayyim, al-Shawkānī, Ibn Bāz, en Ibn ʿUthaymīn, en dit is het religieuze oordeel van de Ladjnah al-Dāʾimah (Permanente comité van Fatāwā in Saudi Arabië).
Bewijs uit de Qurʾān:
Allah zegt: “Waarlijk, de meest nobele onder jullie bij Allāh, is degene met de meeste Taqwā (godsbewustzijn) onder jullie.“
[al-Ḥudjurāt, vers 13]
Dit vers duidt erop dat onderscheid tussen mensen wordt gemaakt op basis van al-Taqwā (godsbewustzijn), en dit (d.w.z. al-Taqwā) behoort tot de Godsdienst, wat er dus op duidt dat al-Kafāʾah (gelijkheid) van Godsdienst van belang is en niet iemands afkomst.
Bewijs uit de Sunnah:
1- Het is overgeleverd van Fāṭimah bint Qays dat Abū ʿAmr b. Ḥafṣ haar volledig had gescheiden (m.a.w. drie keer) terwijl hij afwezig was (van huis), hij had zijn vertrouwenspersoon naar haar gestuurd met wat gerst, wat haar boos maakte op hem (omdat ze het weinig vond) waarop hij zei: “Ik zweer bij Allāh dat je (vanaf nu) vanuit onze kant helemaal nergens meer recht op hebt“.
Ze ging toen naar de Boodschapper van Allāh ﷺ en vertelde hem wat er gebeurd was. Hij ﷺ zei: “Er is vanuit hem aan jou geen onderhoud verschuldigd” en hij beval haar de ʿIddah (wachtperiode na een scheiding) door te brengen in het huis van Umm Sharīk, maar zei toen later: “Dat is een vrouw die vaak door mijn metgezellen wordt bezocht het is beter dat je jouw ʿIddah doorbrengt in het huis van Ibn Umm Maktūm, want hij is een blinde man dus je kunt daar je kleding uittrekken. Wanneer je ʿIddah-periode voorbij is informeer mij dan.”
Ze zei: “Toen mijn ʿIddah-periode voorbij was, vertelde ik hem dat Muʿāwiyah b. Abū Sufyān en Abū Djahm een huwelijksaanzoek naar mij hadden gestuurd, waarop de Boodschapper van Allāh ﷺ zei”:
“Wat betreft Abu Djahm, hij legt zijn staf niet neer van zijn schouder, en wat betreft Muʿāwiyah, hij is een arme man zonder bezittingen; trouw met ʾUsāmah b. Zayd.“
Ik had er afkeer van, maar hij zei opnieuw: “Trouw met ʾUsāmah” dus trouwde ik met hem. en Allāh zegende ons en ik werd benijd (door anderen). [einde ḥadīth)
Deze ḥadīth bewijst dat het niet verplicht is om belang te geven aan afkomst, en dat het allerbelangrijkste en volmaaktste uitgangspunt de Godsdienst is. Want Fāṭimah bint Qays was van de Quraysh, en ʾUsāmah b. Zayd was de zoon van een vrijgelaten slaaf. Zo had je ook ʿAbd al-Raḥmān b. ʿAwf al-Qurashī die zijn zusje trouwde aan Bilāl b. Rabaḥ de Ethiopiër. De voorbeelden zijn veelvuldig en er bestaat geen duidelijke en authentieke uitspraak van de Profeet ﷺ waar hij de geschiktheid van huwelijkskandidaten baseert op afkomst.
Daarom is de Boodschapper van Allāh ﷺ gekomen om de mensheid uit te nodigen naar al-Tawḥīd en naar het uitzonderen van Allāh in aanbidding en hierdoor werden degenen onder hen die het accepteerden verenigd, en werden zij broeders die van elkaar houden, en werden zij één Ummah! En werden Salmān de Perziër, Bilāl de Ethiopiër, en Ṣuhayb de Romein, en anderen dan zij van de vooraanstaande moslims, de broeders van Banī Hāshim de meest edelen van de Arabieren, en werden zij broeders met wederzijdse liefde voor elkaar en verenigd met de handen ineen, door het Woord van al-Tawḥīd die hen verenigd had!!
“Hij is het, Die u heeft versterkt met Zijn hulp en met die der gelovigen”
[ al-Anfāl 62 ]
En de gelovigen worden niet verenigd behalve door al-Īmān, dat is hetgeen wat hun harten bij elkaar brengt!
“en Hij heeft hun harten verenigd. Indien gij al hetgeen op aarde is had besteed, kon jij hun harten niet hebben verzoend, maar Allah heeft hen verenigd. Voorzeker, Hij is Almachtig, Alwijs.”
[ al-Anfāl 63 ]
Dus het is met de correcte geloofsovertuiging, en al-Tawḥīd, en de getuigenis van Lā ilāha illa Allāh waarmee Allaah de moslims verenigt. En Hij verenigt de moslims vandaag de dag niet, en Hij leidt ze niet naar hun éénheid en naar hun kracht behalve met datgene wat de eersten (van de moslims) verenigt heeft.
🖋 Abu Hudayfa Musa ibn Yusuf al-Indonesi
Akh… vrouwen hand, pols en sieraad?
Baraka Allahu fiek, je hebt een goed punt. Het is vervangen met een andere afbeelding